Chronische ontsteking van de darmen
In Nederland hebben ongeveer 30.000 mensen de chronische darmaandoening colitis ulcerosa
(CU). Colitis ulcerosa wordt meestal ontdekt tussen 15 en 40 jaar. De ziekte komt iets vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Colitis ulcerosa noemt men, net als de ziekte van Crohn, ook wel een inflammatory bowel disease
(IBD). Bij colitis ulcerosa is er sprake van een chronische, regelmatig terugkerende ontsteking van de dikke darm en het rectum ofwel de endeldarm, het stukje darm boven de anus. De ontsteking beperkt zich tot het slijmvlies, dat de binnenkant van de dikke darm bekleed. Bij colitis ulcerosa is de darm aaneengesloten ontstoken. Ook kunnen er klachten en ontstekingen buiten de darm voorkomen.
Colitis ulcerosa kan getriggert worden door voeding
De klachten van colitis ulcerosa kunnen per persoon verschillen. Vaak hebben patiënten last van diarree
(met bloed en slijm), buikpijn, vermoeidheid, gewichtsverlies, moeite met het ophouden van de ontlasting, loze aandrang tot ontlasting, een opgezette buik, misselijkheid en een verminderde eetlust, voedingstekorten
door malabsorptie en koorts. Soms komen ook klachten buiten de darm voor zoals pijnlijke, ontstoken gewrichten en/of pijnlijke ontstekingen van de ogen, huid en lever. Maar ook bloedarmoede door bloedverlies bij de ontlasting of trombose, als gevolg van ontstekingen in de bloedvaten. De meeste mensen met colitis ulcerosa hebben milde tot matige symptomen. Soms hebben mensen lange periodes geen klachten.
De precieze oorzaak van colitis ulcerosa is nog niet geheel bekend. Er zijn verschillende factoren die van invloed kunnen zijn op het ontstaan van colitis ulcerosa. Factoren die een rol spelen zijn o.a. het afweersysteem, erfelijkheid, bacteriën in de darm, stress en roken. Er is geen dieet om colitis ulcerosa te genezen, maar gezonde voeding
kan helpen met het voorkomen van klachten. Ook kunnen bepaalde voedingsmiddelen tiggers zijn bij colitis ulcerosa, zoals gluten.
Meest voorkomende klachten
- Diarree, vaak met bloed en slijm
- Buikpijn
- Vermoeidheid
- Gewichtsverlies
- Moeite met het ophouden van de ontlasting
- Loze aandrang tot ontlasting
- Opgezette buik
- Misselijkheid
- Verminderde eetlust
- Voedingstekorten door malabsorptie